alle foto's door Paul De BieDe laatste week van september pikten 4 Avalonners en 2 Fransen de
draad weer op in het Systeem van Anialarra. Ter herinnering: in
augustus 2005 was daar een historische doorbraak gemaakt: de
stroomafwaartse trémie op -648 m werd gepasseerd en een groot
vervolg van enorme zalen en fossiele galerijen geëxploreerd.
De deelnemers aan de september-exp?hadden maar één wens: de rivier
herontdekken, die voorbij de trémie nog niet werd teruggevonden.
Voor de expeditieleider, Paul De Bie, begon de zaak bijzonder
slecht. Vijf dagen voor het vertrek brak of kneusde hij een rib in
een ?artifici?e étroiture? op een speleofeest. Echter, na 9 jaar
gedroomd te hebben van het vervolg ?post-trémie?, en als één van de
hoofdacteurs in de doorbraak ervan in augustus, besloot hij in
onvervalste Rambo-stijl er het beste van te proberen te maken en mee
te gaan.
Het 6-koppige team had voorgenomen om 4 ?5 dagen door te brengen in
de grot. Het werd een zware en trage tocht naar -648 m, want we
waren zwaar overladen (6 sherpakits, 3 gewone kits, 2 losse 5 liter
tonnetjes). Tot overmaat van ramp kregen we een geweldige crue op
ons dak tijdens het afdalen van de putten en moesten we aldus in ponto?s kilometerslang door een woeste en gezwollen rivier verder
ploeteren. Tenslotte, maakte Paul?s pijnlijke ribbenkast snel
vorderen quasi onmogelijk. De tocht naar -648 duurde dan ook 8 uur
i.p.v. de gebruikelijke 5 uur.
Het bivak dat in augustus nog voor de trémie stond, werd vervolgens
verplaatst naar de Salle des Marsupilamis, een flink eind voorbij de
trémie. Deze bivakplaats was van een nooit gezien comfort: een
vlakke vloer van droog zand, ruim genoeg, geen tocht of lawaai van
de rivier, ? water vlakbij!
Met veel dank voor De Berghut
en The Northface
voor het ter beschikking stellen van uitstekende slaapzakken!
Nooit zo goed geslapen ondergronds...
De tweede dag bekeken we eerst gezamenlijk het Réseau dat in
augustus was ontdekt en dat voor de helft van de ploeg totaal
onbekend was: Salle des Marsupilamis, Salle Gargamel (120 x 70 m),
de indrukwekkende 60 m diepe afdaling van de Grand Tobogan. De
Galerie des Schtroumpfs, magnifieke galerij van 6 x 10 m sectie.
De Galerie Azrael, eindigend in een 20 m hoge zaal waarin zich een -
nog steeds niet afgedaalde - put van minstens 30 m bevindt. Puits
des Daltons, een P43 waarin de tocht fel werd aangezogen.
Daarna splitsten we ons op in verschillende ploegen. De in augustus
ontdekte galerijen werden verder getopografeerd. Op één van de meest
interessante eindpunten, een fel aanzuigende versmalling geheel
achteraan de Galerie des Schtroumpfs, leverde een korte
desobstructie bijna 200m wonderbaarlijk mooi geconcretioneerde
galerij op: de Galerie Gaston Lagaffe, met een overdaad aan
aragonietbloesems. Einde op ééniets?, met een zeer felle aanzuigende
tocht. We verkozen hier eerst te topograferen, alvorens de explo
verder te zetten.
Een andere mogelijkheid was de 43 m diepe Puits des Daltons.
Daar hadden we beneden de rivier gehoord, in augustus, in een zeer
smalle spleet! Echter, het bleek nu duidelijk dat de ploeg in
augustus aan ?wishful thinking? had gedaan; het geluid was gewoon
afkomstig van de hevige tocht!
Halverwege de put is er een platform, met eveneens een duidelijk
geventileerd vertrek. Een reeks desobstructies liet toe om hier
bijna 30 m te zakken in een reeks kleine putten afgewisseld met
versmallingen. Einde boven een nieuw putje, dat zich nog slechts 10
?15 m boven het veronderstelde niveau van de schist bevindt!
Jammer genoeg herstelde Paul in het geheel niet van zijn zere rib en
werd dit een serieus probleem. Elke ademteug deed pijn. Slapen was
er niet meer bij, en normaal stappen, laat staan jumaren, evenmin.
Pijnstillers hadden amper effect. De derde dag werd dan ook besloten
om Paul, onder begeleiding van 3 anderen, naar buiten te escorteren
- voor zover dat nog mogelijk was. Mark en Eric bleven achter om nog
1 ?2 dagen verder te exploreren.
De terugtocht was eerder ?episch?. Na de kilometerslange tocht
doorheen chaotische galerijen volgde het uitklimmen van 400 m
putten. Een urenlange calvarie, tijdens dewelke Paul de bijnaam
?Sharapova? voor zichzelf bedacht ( de kampioen-kreunster). Paul
geraakte zelfstandig buiten, dankzij de morele en fysieke steun van
Annette, Mario en Patrick, die onder hun gedrie?, het materiaal van
4 man hadden verdeeld.
Het achtergebleven duo Mark/Erik gaf vervolgens nog twee dagen lang
het beste van zichzelf. Ze desobstrueerden, exploreerden en
topografeerden nog bijna 250 m in de Galerie Gaston Lagaffe erbij;
enerzijds een tak in stroomafwaartse richting, die eindigt op een te
desobstrueren put met fel aangezogen tocht. Anderzijds een tak in
stroomopwaartse richting, met einde op een diepe put (>30m). Links
en rechts werden verschillende galerijen nog niet onderzocht.
Enigszins teleurgesteld dat ze de rivier niet hadden gevonden,
keerde ons duo donderdagavond terug.
De expeditie draaide dus wat anders uit dan gedacht. Een snelle
toegang tot de rivier was er dus niet! Echter, een verbazingwekkend
fossiel Réseau werd ontdekt, dat zich op twee duidelijk
onderscheiden ?ages ontwikkelt. Het betreft oeroude freatische
gangen, die bijzonder geconcretioneerd zijn. Ze worden doorlopen
door een felle tocht in stroomafwaartse richting, het bewijs dat ze
?ergens? naar de rivier moeten gaan.
De richting van de galerijen is perfect, ze gaan mooi in de richting
van de hypothetische rivier doch liggen er 20 ?30 m boven.
In vogelvlucht is er nu bijna 450 m overbrugd van de 2000m tussen de
oude terminus van het Anialarra systeem (de ?trémie?) en de plaats
waar de rivier weer verschijnt in de AN8.
De augustus en september exp? leverden samen bijna 1600 m
première op, waarvan 1383 m post-trémie!. Het Systeem van
Anialarra meet nu 16,8 km in lengte. De diepte blijft
onveranderd: -648 m.
De 2006 expeditie beloofd zeer spannend te worden. Op minstens 4
plaatsen zijn we gestopt voor evidente vervolgen of putten, en dit
alles met een felle tocht. De rivier ligt voor het grijpen...
hoewel?
Er is nog een massa werk te verrichten, en ook de fotografen zullen
aan hun trekken komen want de ontdekte fossiele galerijen zijn van
een fabuleuze schoonheid. Aragonietbloesems met hydro-magnesiet, 5
cm lange gipsnaalden, klassieke massieve calcietformaties...
De vraag is alleen of we die 10 maanden wachten zullen overleven.
Voor de Anialarra-exp?
Paul De Bie
SC Avalon (België: Annette Van Houtte, Mario Lebbe, Mark Michiels,
Paul De Bie
MASC (Frankrijk): Patrick G?
MJC Rodez (Frankrijk): Eric Boyer
Hieronder de ploeg:
van
links naar rechts: Patrick, Paul, Mark, Annette, Eric, Mario